Stately, plump Buck Mulligan came from the stairhead, bearing a bowl of lather on which a mirror and a razor lay crossed. A yellow dressinggown, ungirdled, was sustained gently behind him on the mild morning air. He held the bowl aloft and intoned:
- Introibo ad altare Dei.
Halted, he peered down the dark winding stairs and called out coarsely:
- Come up, Kinch! Come up, you fearful Jesuit!
Solemnly he came forward and mounted the round gunrest. He faced about and blessed gravely thrice the tower, the surrounding land and the awaking mountains. Then, catching sight of Stephen Dedalus, he bent towards him and made rapid crosses in the air, gurgling in his throat and shaking his head. Stephen Dedalus, displeased and sleepy, leaned his arms on the top of the staircase and looked coldly at the shaking gurgling face that blessed him, equine in its length, and at the light untonsured hair, grained and hued like pale oak.
Buck Mulligan peeped an instant under the mirror and then covered the bowl smartly.
- Back to barracks, he said sternly.
Statig kwam de dikke Buck Mulligan uit het trapgat. Hij droeg een kom zeepschuim waarop een spiegel en een scheermes gekruist lagen. Een gele kamerjas, die loshing, werd van achteren zachtjes opgetild door de luwe ochtendbries. Hij hield de kom omhoog en psalmodieerde:
- Introibo ad altare Dei.
Hij bleef staan, tuurde langs de donkere wenteltrap omlaag en riep toen ruw:
- Kom hier, Kinch! Kom hier, bange jezuïet!
Waardig schreed hij naar voren en besteeg de ronde geschutbank. Hij keerde zich om en zegende plechtig driemaal de toren, het omliggende land en de ontwakende bergen. Toen kreeg hij Stephen Dedalus in het oog, boog in zijn richting en maakte, gorgelend en schuddebollend, snel kruisjes in de lucht. Stephen Dedalus leunde misnoegd en slaperig met zijn armen op de bovenste traprand en keek koel naar het schuddende, gorgelende hoofd dat hem zegende, het lange paardehoofd, en naar het lichte, ongetonsureerde haar, dat gevlamd en getint was als blank eiken.
Buck Mulligan gluurde even onder de spiegel en dekte de kom toen schielijk toe.
- Ingerukt mars! sprak hij streng.
Mr Leopold Bloom ate with relish the inner organs of beasts and fowls. He liked thick giblet soup, nutty gizzards, a stuffed roast heart, liverslices fried with crustcrumbs, fried hencods’ roes. Most of all he liked grilled mutton kidneys which gave to his palate a fine tang of faintly scented urine.
Kidneys were in his mind as he moved about the kitchen softly, righting her breakfast things on the humpy tray. Gelid light and air were in the kitchen but out of doors gentle summer morning everywhere. Made him feel a bit peckish.
The coals were reddening.
Another slice of bread and butter: three, four: right. She didn’t like her plate full. Right. He turned from the tray, lifted the kettle off the hob and set it sideways on the fire. It sat there, dull and squat, its spout stuck out. Cup of tea soon. Good. Mouth dry. The cat walked stiffly round a leg of the table with tail on high.
- Mkgnao!
Mr Leopold Bloom was dol op orgaanvlees van vee en gevogelte. Hij at graag dikke kippeleversoep, pittige spierma- gefarceerd gebraden hart, gepaneerde leverplakken, gebakken kabeljauwkuit. Maar het liefst van al at hij geroosterde schapeniertjes, die zijn verhemelte streelden met een vluchtige nasmaak van urine.
Aan niertjes liep hij te denken terwijl hij stil door de keuken bewoog en haar ontbijt op het bultige dienblad schikte. In de keuken hing een kilte van lucht en licht, maar buiten overal een zachte zomerochtend. Kreeg hij echt wel trek van.
De kolen gloeiden rood op.
Nog een boterham, drie, vier, goed. Ze had niet graag dat haar bord vol lag. Goed. Hij wendde zich van het dienblad af, nam de ketel van de haardplaat en zette hem aan de zijkant op het vuur. Daar stond hij, log en lomp, met zijn tuit naar omhoog. Zo meteen een kop thee. Fijn. Droge mond.
De kat liep stijfjes om een tafelpoot heen, haar staart in de lucht.
- Mknjauw!
Preparatory to anything else Mr Bloom brushed off the greater bulk of the shavings and handed Stephen the hat and ashplant and bucked him up generally in orthodox Samaritan fashion which he very badly needed. His (Stephen’s) mind was not exactly what you would call wandering but a bit unsteady and on his expressed desire for some beverage to drink Mr Bloom in view of the hour it was and there being no pump of Vartry water available for their ablutions let alone drinking purposes hit upon an expedient by suggesting, off the reel, the propriety of the cabman’s shelter, as it was called, hardly a stonesthrow away near Butt bridge where they might hit upon some drinkables in the shape of a milk and soda or a mineral.
Pas nadat Mr Bloom het grootste gedeelte van de houtkrullen had afgeveegd, reikte hij Stephen zijn hoed en essestok aan en als een rechtzinnige barmhartige Samaritaan beurde hij hem enigermate op, iets waar hij ook dringend aan toe was. Hij (Stephen) was nu niet precies wat je buiten zijn zinnen zou noemen maar toch een beetje overstuur en toen hij de wens uitte nog enig drinkbaar vocht tot zich te nemen, kwam Mr Bloom, gelet op het late uur en de afwezigheid van een openbare pomp om zich op te frissen laat staan om hun dorst te lessen, op een lumineus idee door zonder erbij na te denken te opperen dat het wachthuis van de koetsiers, zoals dat werd genoemd, dat nauwelijks een steenworp verder bij de Butt Bridge lag, bij uitstek in aanmerking kwam om nog wat drinkbaars op de kop te tikken in de vorm van een melk met soda of een mineraalwater.
Yes because he never did a thing like that before as ask to get his breakfast in bed with a couple of eggs since the City Arms hotel when he used to be pretending to be laid up with a sick voice doing his highness to make himself interesting for that old faggot Mrs Riordan that he thought he had a great leg of and she never left us a farthing all for masses for herself and her soul greatest miser ever was actually afraid to lay out 4d for her methylated spirit telling me all her ailments she had too much old chat in her about politics and earthquakes and the end of the world let us have a bit of fun first God help the world if all the women were her sort down on bathingsuits and lownecks of course nobody wanted her to wear them I suppose she was pious because no man would look at her twice I hope Ill never be like her a wonder she didnt want us to cover our faces but she was a welleducated woman certainly and her gabby talk about Mr Riordan here and Mr Riordan there...
Ja want zoiets heeft ie nog nooit gedaan zomaar vragen om zijn ontbijt op bed te brengen met twee eitjes sinds het City Arms Hotel toen ie altijd met een zwak stemmetje deed of ie in bed moest blijven en de grote meneer uithing om zich interessant te maken bij die ouwe feeks Mrs Riordan waar hij nog wel van dacht dat ie een wit voetje bij haar had en geen duit heeft ze ons nagelaten alles voor missen voor haarzelf en haar zielerust zo gierig als de pest nog te bedonderd om 4 pence voor brandspiritus uit te geven en mij maar over al haar kwaaltjes onderhouden en maar ouwehoeren over politiek en aardbevingen en het einde van de wereld ik weet nog wel wat leukers God sta de wereld bij als alle vrouwen van haar soort waren alsmaar tegen badpakken en decolletees alsof ze verplicht was daarmee rond te lopen volgens mij was ze zo vroom omdat geen man haar het aankijken waard vond ik hoop maar dat ik nooit word zoals zij nog een wonder dat we van haar ons gezicht niet moesten wegstoppen maar keurig opgevoed was ze wel en maar kakelen over Mr Riordan dit en Mr Riordan dat...
...the Greeks and the jews and the Arabs and the devil knows who else from all the ends of Europe and Duke street and the fowl market all clucking outside Larby Sharons and the poor donkeys slipping half asleep and the vague fellows in the cloaks asleep in the shade on the steps and the big wheels of the carts of the bulls and the old castle thousands of years old yes and those handsome Moors all in white and turbans like kings asking you to sit down in their little bit of a shop and Ronda with the old windows of the posadas glancing eyes a lattice hid for her lover to kiss the iron and the wineshops half open at night and the castanets and the night we missed the boat at Algeciras the watchman going about serene with his lamp and O that awful deepdown torrent O and the sea the sea crimson sometimes like fire and the glorious sunsets and the figtrees in the Alameda gardens yes and all the queer little streets and the pink and blue and yellow houses and the rosegardens and the jessamine and geraniums and cactuses and Gibraltar as a girl where I was a Flower of the mountain yes when I put the rose in my hair like the Andalusian girls used or shall I wear a red yes and how he kissed me under the Moorish wall and I thought well as well him as another and then I asked him with my eyes to ask again yes and then he asked me would I yes to say yes my mountain flower and first I put my arms around him yes and drew him down to me so he could feel my breasts all perfume yes and his heart was going like mad and yes I said yes I will Yes.
Trieste-Zurich-Paris
1914-1921
...de Grieken en de joden en de Arabieren en de duvel weet wie nog uit alle hoeken v Europa en de Duke Street en de pluimveemarkt al dat gekakel het huis van Larby Sharon en die arme ezeltjes die half in slaap uitgleden en die ongure kerels in hun mantel die op de trappen in de schaduw sliepen en die grote wielen van de wagens voor de stieren en de oude vesting duizenden jaren oud ja en die knappe Moren helemaal in het wit met een tulband net koningen die vroegen om in hun piepkleine winkeltje te komen zitten en Ronda met de ouwe ramen van de posadas 2 ogen lonken achter traliewerk tot haar minnaar de staven kust en de wijnhuizen die snachts half open stonden en de castagnetten en die avond dat we in Algeciras de boot misten de nachtwacht die met zijn lamp sereen rondliep en O die dreigend diepe stroom O en de zee de zee soms karmozijnrood als vuur en die schitterende zonsondergangen en de vijgebomen in het Alamedapark ja en al die rare straatjes en de roze en blauwe en gele huizen en de rozentuinen en de jasmijnen en geraniums en cactussen en Gibraltar als meisje waar ik een Bergbloem was ja toen ik zoals de meisjes van Andalusië die roos in mijn haar stak of draag ik een rode ja en hoe hij me onder de Moorse muur kuste en ik dacht toen ach hij of een ander en toen vroeg ik hem met mijn ogen het nog es te vragen ja en toen vroeg ie me of ik ja zei ja mijn bergbloem en eerst sloeg ik mijn armen om hem heen ja en trok hem op me neer zodat ie mijn borsten voelde een en al geur ja en zijn hart sloeg als gek en ja zei ik ja zeker Ja.
Triest - Zürich - Parijs
1914-1921